26 maart 2013: De ziel, de geest, philosophy of mind.

door dr. Bert Keizer, filosoof

1. De man die zijn vrouw kust, de vrouw die haar hond aait, het kind dat de kat slaat, zij kussen, aaien en slaan geen voorwerpen, maar bezielde wezens.
2. De ziel zit in het lichaam als de stemming in het feestje.
3. En als hij er uit is, ga je niet buiten kijken waar hij gebleven is.
4. Wij zijn Amsterdammer of verlegen of loodgieter, maar wij zijn NIET ons brein.
5. Zou Dick Swaab ook bij kiespijn zeggen dat er 'niks meer is dan' sputterende neuronen?
6. En bij verdriet?
7. Victor Lamme laat neuronen besluiten nemen, waarmee hij geestelijk leven gewoon een verdieping omlaag duwt.
8. Neuronen kunnen niks besluiten, in de zin waarin ze ook niet kunnen paardrijden of snurken.
9. Neuronen die besluiten kunnen nemen, kunnen ook aarzelen, spijt hebben, drammen, huilen, naar de zomer verlangen en geldzorgen hebben. Hou toch op.
10. De psychiater die denkt dat ik mijn brein ben, denkt dat hij mij troost met een antidepressivum. Dat is nog eens geestelijke armoede.
11. Filosoferen is een gave. Per eeuw tref je hooguit vier of vijf geesten die het op vruchtbare wijze kunnen.